Kun je jezelf een leider in duurzaamheid noemen als jouw rapportage niet gewaarborgd is?
“If you don’t measure it, you can’t manage it” is een veelgehoord gezegde als we het hebben over duurzaamheidsverslaggeving. Maar meten is maar de helft van het verhaal: als we niet zeker kunnen zijn van de juistheid en volledigheid, zijn duurzaamheidsstatistieken zinloos.
Consumenten eisen steeds meer verantwoordelijkheid van merken en verwachten dat duurzaamheid van bedrijven duidelijk en doelgericht wordt aangestuurd. Volgens nieuw onderzoek dat in opdracht van Smurfit Kappa uitgevoerd is door FT Longitude, heeft 79 procent van de toonaangevende detailhandels- en consumentenbedrijven tastbare plannen ontwikkeld om tegen 2050 klimaatneutraal nul te zijn. Maar deze bedrijven worden vaak ondermijnd door een gebrek aan geloofwaardigheid, veroorzaakt door inconsistente toegang tot gegevens en slechte transparantie van de toeleveringsketen.
In het onderzoek onder zakelijke leiders uit drie sectoren en 11 landen zegt 63 procent dat er volledige transparantie is over hoe en waarom hun duurzaamheidsbeslissingen worden genomen. Toch zegt een derde dat hun openbaarmakingen over het klimaat beperkt zijn en 61 procent zegt dat ze beter moeten communiceren over de duurzaamheid van hun praktijken en producten.
“Niemand vertrouwt een jaarverslag dat niet gecontroleerd is. Voor een duurzaamheidsrapportage zou dat niet anders moeten zijn.”
Deze kloof tussen perceptie en realiteit benadrukt de behoefte aan betrouwbare externe zekerheid. Hoe kunnen consumenten en investeerders vertrouwen hebben in de beweringen van bedrijven zonder consistente normen voor meten en openbaarmaking?
Toetsing stelt investeerders gerust
"Niemand vertrouwt een jaarverslag dat niet gecontroleerd is. Voor een duurzaamheidsrapportage zou dat niet anders moeten zijn", zegt Ken Bowles, chief financial officer van Smurfit Kappa. “We moeten de mentaliteit veranderen die het duurzaamheidsverslag ziet als iets waar kwaliteit en zekerheid minder belangrijk zijn. Als je kijkt naar de raakvlakken tussen deze twee aspecten, zou je gek zijn om te denken dat het niet getoetst moet worden.”
Ongeveer zeven op de tien zakelijke leiders die door Smurfit Kappa zijn geënquêteerd, zeggen dat de duurzaamheidsrapportage van hun organisatie getoetst wordt. Dat betekent dat er een proces is waarbij de gegevens die deze rapporten ondersteunen, onafhankelijk worden geverifieerd. In Europa zal dat aandeel veranderen. Vanaf 2024 zullen alle grote in de EU gevestigde bedrijven, inclusief bedrijven met in de EU gevestigde dochterondernemingen, verplicht zijn om gecontroleerde duurzaamheidsverslagen te publiceren.
“Je kunt geen gedetailleerde vragen stellen zoals we die nu hebben, als je alleen maar geïnteresseerd bent in het afvinken van een lijstje.”
Dat is goed nieuws voor beleggers, want getoetste rapportage is zakelijk gezien verstandig. Simon Boas Hoffmeyer, senior directeur voor duurzaamheid van de Carlsberg Group, de internationale brouwer, zegt dat veel investeerders nu specialisten inhuren om de ecologische, sociale en bestuurlijke impact van hun investeringen te bepalen.
"Vroeger vinkten beleggers vooral lijstjes af op het gebied van duurzaamheid, maar dat is aanzienlijk veranderd", zegt hij. “Je kunt geen gedetailleerde vragen stellen zoals we die nu hebben, als je alleen maar geïnteresseerd bent in het afvinken van een lijstje. Beleggers hebben er echt belang bij om het profiel van hun investeringen te begrijpen - zowel vanuit het perspectief van mogelijkheden als risico's. Het niveau van bewustwording en inzicht in de omvang van de problemen waarmee we op deze planeet worden geconfronteerd, is nu een drijfveer voor investeerders.”
Problemen met openbaarmaking van gegevens zijn soms een belemmering
Veel internationale bedrijven zien de voordelen van verbeterde transparantie. Internationaal voedingsconcern Danone is er daar één van. In Mexico is de melkleveringsketen nu volledig traceerbaar,, mede dankzij het Margarita-programma, dat kleine boeren de training, technologie en financiële ondersteuning geeft die ze nodig hebben om duurzame landbouwsystemen te ontwikkelen.
"Met het Margarita-project wil Danone Mexico niet alleen zijn productiewaardeketen beschermen", zegt Silvia Dávila, voorzitter van Latijns-Amerika bij Danone. "Het project versterkt ook de positie van de lokale boeren waar het een beroep op doet door hen concurrerender te maken en beter afgestemd op hun afzetmarkten."
Veel bedrijven hebben echter moeite om toegang te krijgen tot dit soort informatie over hun toeleveringsketens. Gebrek aan transparantie verhindert hen vaak om leveranciersgegevens te verkrijgen en 51 procent van de bedrijven in het Smurfit Kappa-onderzoek zegt dat ze met leveranciers werken, zelfs als hun toeleveringsketen niet transparant is.
Een nieuwe cultuur van transparantie
Verplichte borging maakt het proces transparanter door verbeteringen in de kwaliteit en beschikbaarheid van gegevens aan te moedigen. "Dat is een grote klus, omdat veel verschillende soorten bedrijven de handen ineen moeten slaan", zegt Mads Twomey-Madsen, senior vicepresident wereldwijde communicatie en duurzaamheid bij sieradenmerk Pandora. “Ze zijn gewend informatie uit te wisselen over bijvoorbeeld de prijs van het product en nu hebben we in diezelfde datastroom geloofwaardige, geverifieerde informatie nodig over de klimaatimpact.”
61 procent van de retail- en consumentenbedrijven geeft aan dat ze de manier waarop ze communiceren over de duurzaamheid van hun werkwijzen en producten moeten verbeteren
Als pionier op het gebied van verplichte duurzaamheidsrapportage hoopt de EU met haar nieuwe wetgeving 'een cultuur van transparantie' te creëren over de impact van bedrijven op het milieu. "Maar de sleutel is om in beweging te komen", zegt Twomey-Madsen. "Want als we niet in beweging komen, gebeurt er niets."